Het immuunsysteem heeft als taak om het lichaam te beschermen tegen pathogene micro organismen. Het zorgt ook voor de opruiming van vreemde celstructuren (zoals dood weefsel en tumorweefsel). Het beschikt hiervoor over aspecifieke, aangeboren mechanismen en specifieke, aangeleerde mechanismen.
Het aspecifieke immuunsysteem omvat verschillende elementen die het binnendringen van pathogenen in het lichaam tegengaan. Voorbeelden zijn maagzuur en speeksel maar ook de huid beschermt ‘passief’ tegen indringers. Sommige immuuncellen, fagocyten in het bloed bijvoorbeeld, vallen ook onder de noemer van het aspecifieke immuunsysteem. Deze zijn in staat om een vreemde agens te herkennen en zo snel als mogelijk onschadelijk te maken.